
Het veralgemeende gebruik van sociale media stelt nieuwe eisen aan de manier waarop je als communicatiemedewerker je taak invult: je zorgt er niet enkel voor dat de boodschap van je organisatie zorgvuldig gepromoot en verspreid wordt, maar krijgt er een tweede opdracht bovenop: het produceren en managen van interessante content rond je organisatie en thema, met name in de sociale media.
In een vorige bijdrage hadden we het over het verschil tussen klassieke marketingcommunicatie en inbound marketing. Tegenover het “pushen” van je producten en diensten staat het wekken van belangstelling, het verleiden. Tegenover het opzoeken van “klanten” via advertenties, folders, campagnes etc. staat het “gevonden” worden via zoekopdrachten en sociale media. Klassieke marketingcommunicatie blijft nodig, maar volstaat niet meer om je als organisatie te profileren en te positioneren.
In een universum van Facebook, Twitter, Google en blogs zijn mensen immers niet langer aangewezen op een bevoegde tussenpartij – een sociaal-culturele organisatie bijvoorbeeld – om de informatie te vinden die ze nodig hebben, aansluiting te vinden bij gelijkgestemden of de actie te ondernemen waar ze warm voor lopen. Dat maakt het meer dan ooit nodig dat je aanwezig bent “where the action is”, zodat de internetgebruiker zelf kan zien welke toegevoegde waarde je als organisatie te bieden hebt. Het sociale internet is meer dan een promotie- en toeleidingskanaal: het is op zichzelf een plek waar mensen leren, zich verenigen, actie ondernemen. Een plek dus waar jij ook aanwezig moet zijn.
Goede content aanbieden
Een voorwaarde om succesvol te zijn op sociale media is het aanbieden van goede content die de bezoeker aanspreekt, die leuk, wetenswaardig of educatief is, die de bezoeker aanzet om je berichten ook op zijn eigen Facebook- of Twitterprofiel te delen. Als sociaal-culturele organisatie zit je bijna per definitie op een berg waardevolle informatie, boeiende verhalen, interessante inzichten en leerrijke ervaringen. Deel deze rijkdom via de sociale media en verleid zo mensen om in je verhaal mee te stappen.
Als communicatiemedewerker kan je dit echter niet op je eentje waarmaken; je hebt hiervoor de input van je collega’s nodig die direct in contact staan met de praktijk. Maar die hebben het al druk genoeg met hun dagelijkse activiteiten op het terrein, of ze voelen zich als schrijver niet competent genoeg. En hier komt de nieuwe rol van de communicatiemedewerker als content manager op de proppen: het sprokkelen van verhalen, beelden, inzichten en getuigenissen bij collega’s en deelnemers, en die via sociale media delen, om zo de aanwezigheid en de impact van de organisatie te versterken.
Betrek je medewerkers
Niet iedere medewerker heeft evenveel affiniteit met of interesse voor sociale media, maar dat betekent niet dat ze niet kunnen bijdragen tot een goede contentstrategie.
Je kan bijvoorbeeld afspreken dat iedere educatieve of bewegingsmedewerker twee keer per jaar, of twee keer in de loop van een project, of na afloop van een cursus, een praktijkverhaal of getuigenis aanlevert. Dat hoeft niet afgewerkt te zijn: een korte omschrijving van wie, wat, waar, wanneer, waarom en hoe volstaat, liefst nog met een paar foto’s erbij. En een op smartphone opgenomen interviewtje is al even goed. De redactie en publicatie gebeurt dan wel door jou, de communicatiemedewerker.
Wees een vriendelijke onderzoeksjournalist in je eigen organisatie. Doe, zoals Niel Van Meeuwen als voorbeeld gaf tijdens onze recente workshop social media strategie, aan „guerillajournalistiek”: neem regelmatig korte interviews af van medewerkers, en vraag hen gedurende een paar minuten naar hun ervaringen, observaties en inzichten uit de dagelijkse praktijk van hun werk. Dat levert ongetwijfeld heel wat materiaal op om via Facebook en Twitter te delen, en wellicht ook om in een meer uitgewerkte vorm, bijvoorbeeld via een blogbijdrage, verder te ontwikkelen.
Een evidente bron van verhalen is natuurlijk ook de deelnemer of vrijwilliger. Als je activiteiten organiseert en daarbij ook een deelnemersevaluatie doet, gebruik de evaluaties van deelnemers dan niet enkel om in je voortgangsrapport te vermelden, maar puur er ook uitspraken en citaten uit om via sociale media te delen. Het is een manier om de impact en de resultaten van je werk aan te tonen, om „social proof” aan te leveren.
Gevarieerde formaten
Zorg ook voor variatie in de manier waarop je je verhaal brengt. We hebben vaak de neiging om geschreven informatie als de kern van onze strategie te zien. Sociale media krijgen echter steeds meer een visueel karakter. Besteed dus ook aandacht aan video, podcasts, digitale verhalen, infografieken of presentaties die je in je website of blog kan embedden. Er is een hele batterij aan online tools beschikbaar om zonder al te veel technische kennis allerlei leuke dingen te doen.
Varieer ook in soorten inhoud. Kondig niet enkel je activiteiten aan, maar post ook how-to artikels of video’s, succesverhalen, enquêteresultaten, persoonlijke anekdotes, feiten en cijfers, citaten, fotoverslagen, nieuwscompilaties… Maak het verhaal van je organisatie levendig, herkenbaar, concreet en persoonlijk.
Geef en je zult krijgen
Wees niet bang om je expertise „weg te geven”. Het is niet omdat je regelmatig handleidingen op je blog plaatst voor het maken van een leuk brei- of haakwerkje dat er minder mensen naar je workshops zullen komen of je boek kopen. Wel integendeel: zo krijgt de lezer een veel beter idee van de kwaliteit die je te bieden hebt.
Koppel er eventueel een „call to action” aan: vermeld dat je hierover cursussen organiseert of boeken uitgeeft, en zorg dat mensen onmiddellijk een volgende stap kunnen zetten door zich in te schrijven of een bestelling te plaatsen. Maar geef eerst iets van jezelf, zonder er onmiddellijk iets voor terug te vragen. De rest komt dan wel.